BEKNOPTE GIDS VOOR SCHOLEN
INCLUSIE EN DIVERSITEIT, EEN VEILIGE WEGVeel kinderen lijden onder het gevoel dat ze als meisje of jongen niet thuishoren in onze maatschappij, zeker als ze niet passen in de beperkende stereotypen die de maatschappij ons oplegt. Stereotypen bestrijden, non-conformiteit accepteren en eigenheid omarmen is dan ook essentieel, als we willen dat elk kind zich optimaal kan ontplooien.
De laatste jaren is echter een nieuw raamwerk van overtuigingen op de voorgrond getreden, waarin een innerlijke ervaring – een veronderstelde aangeboren genderidentiteit – bepaalt of we een man of een vrouw zijn, of geen van beide (non-binair). Vanuit deze visie is genderdysforie het gevolg van een mismatch tussen de genderidentiteit en het fysieke lichaam.
Haast onvermijdelijk lijkt het dan of alleen medische ingrepen in staat zijn om dit conflict op te lossen en de dysforie te bestrijden: een “transitie”, om door het leven te kunnen gaan als een persoon van het door ons gekozen geslacht.
Op dit pad, dat begint bij de sociale transitie – de aanpassing van voornaam en voornaamwoorden – vinden we vervolgens puberteitsremmers, cross-sekse hormonen en chirurgie. Verdoezelende termen zoals “top surgery” of “bottom surgery” verhullen dat we het hier hebben over zware, onomkeerbare ingrepen, zoals dubbele mastectomie (borstamputatie) of castratie. De noodzaak van hormoonbehandeling is levenslang. Elk van deze ingrepen heeft gevolgen voor de seksuele en globale gezondheid.
Inmiddels is er internationaal groeiende ongerustheid. Er is geen overtuigend bewijs dat deze medische aanpak de genderdysforie doet verdwijnen of de geestelijke gezondheid bevordert.
Detransitioners – mensen die opnieuw hun geboortegeslacht omarmen – getuigen dat andere problemen de basis vormden van hun genderverwarring. Vaak hebben ze het over homoseksualiteit, autisme, pesten of seksueel misbruik.
Studies tonen aan dat de meeste jongeren met dysforie in het reine komen met hun geboortegeslacht als ze niet op een medisch pad worden gezet. Puberteitsblokkers, de volgende “logische” stap na een sociale transitie, staan dit spontane verloop in de weg. Hun gebruik leidt in 98% van de gevallen tot verdere medische ingrepen.
Voor opvoeders ligt hier een zware verantwoordelijkheid. Hoever mogen zij met deze jongeren meegaan in de ontkenning van hun biologisch geslacht om tegemoet te komen aan het psychisch lijden, zonder hen in te sluiten in een beperkte interpretatie van hun dysforie?
ENKELE PRAKTISCHE VOORZORGSMAATREGELEN
- Geef kinderen zelfvertrouwen in hun lichaam. Het niet inpassen in onze normatieve maatschappij, zich niet aanvaard voelen is een belangrijke oorzaak van dysforie. Kinderen en adolescenten bijbrengen om non-conformiteit en diversiteit volop te accepteren is dan ook een belangrijke preventieve maatregel.
- Ga niet uit van beperkende stereotypen om een kind een “gender” label te doen overwegen. Elke jongen die met poppen speelt is volwaardig jongen, elk meisje dat van voetbal houdt is volwaardig meisje. Het maakt niet uit of hun voorkeuren niet overeenkomen met de stereotypen die van hen verwacht worden.
- Zeker heel jonge kinderen hebben nog maar een vaag identiteits-, realiteits- en seksualiteitsbesef en kunnen begrippen door elkaar halen. Leg zelf niet de basis voor dysforie door kinderen aan te zetten tot piekeren over hun “gender”. Doe geen rondvragen over voornaamwoorden. Vermijd het gebruik van hulpmiddelen met “schuivers” die kinderen suggereren dat ze ergens op een “spectrum” zitten.
- Wees behoedzaam met het overnemen van zelfgekozen voornaamwoorden. Niemand mag gepest worden, maar vieren van transities hoeft ook niet. Hou ouders niet in onwetendheid over een eventuele sociale transitie van hun kind op school.
- “Gender” en “sekse” zijn verschillend. Blijf realistisch: het is onmogelijk om “van geslacht te veranderen” Ga niet mee in het “magisch denken” van kinderen en het loslaten van de biologische realiteit van het lichaam.
- Geef aandacht aan de volledige problematiek van een kind met dysforie, praat met hem of haar over de concrete gevoelens en problemen, en vermijd simplistische herleidingen tot “genderidentiteit”. Verwijs hen zo nodig voor professionele hulp die niet uitsluitend affirmatief is maar een exploratieve, holistische benadering biedt.
- Laat voorlichting rond diversiteit en inclusie niet over aan groepen van buitenuit, zeker bij een vermoeden dat die een eenzijdige visie brengen, valse suĂŻcidecijfers hanteren, of een activistische agenda hebben.
- Respecteer ook de andere leerlingen, evenals het personeel, en dwing hen niet hun eigen ervaring van de realiteit te ontkennen of aan te passen aan die van een andere persoon in school. Lieg niet tegen andere kinderen over iemands geboortegeslacht, maar wees open en maak het onderwerp bespreekbaar. Dit kan werkelijke acceptatie alleen ten goede komen.
- Iedereen heeft evenveel recht op privacy en comfort. Niet iedereen durft bezwaren uitspreken over het delen van toiletten, omkleedruimten, slaapzalen enz. Houd toiletten gescheiden op basis van geslacht en voorzie zo nodig eigen toiletten voor transidentificerende personen.
NO WAY BACK
THE REALITY OF GENDER-AFFIRMING CARE
 PANO reportage Trans tieners – 29 maart 2023
- In het Centrum voor gender en seksuologie Gent kwamen al 1048 minderjarigen op gesprek (2007 – 2022).
- In 2022 waren er 171 nieuw intake gesprekken voor minderjarigen. Dit is 42 keer zoveel als 15 jaar geleden. De grootste stijging bevindt zich in de groep tussen 13 en 20 jaar, en twee derde zijn biologische meisjes.
- Het jongste kind dat in Gent startte met puberteitsremmers was 10 jaar en 5 maanden oud. Het aantal kinderen dat startte met puberteitsremmers (Decapeptyl) tussen 2007-2022 is 88. Al deze kinderen vervolgden een medische transitie.
- In Gent lieten de voorbije 15 jaar 130 minderjarige meisjes hun borsten verwijderen. Dit kan vanaf 17 jaar.
“Wat jullie doen is een puur experiment op kinderen, zonder dat je daar wetenschappelijke evidentie voor hebt.“
Patrik Vankrunkelsven, directeur van het Belgisch Centrum voor Evidence-Based Medicine (CEBAM), PANO Trans tieners
“Ik zeg niet dat er een drempel moet zijn voor mensen om zich te uiten en hun leven in te vullen zoals ze dat zelf willen. Maar medisch ingrijpen is een andere kwestie, dan mensen te laten zijn zoals ze zijn.“
Riittakerttu Kaltiala, Professor of Adolescent Psychiatry, Tampere University, Finland, PANO Trans tieners
Finland, Zweden, Engeland, Noorwegen en Denemarken namen reeds afstand van de WPATH richtlijnen voor minderjarigen, en psychotherapie wordt aangeboden als eerste en meestal enige behandelingslijn.
TOELICHTING
GEVAAR VOOR OVERDIAGNOSE
- Er is een zeer recente, exponentiële stijging van transidentificatie tijdens de puberteit (tot 3000% toename in sommige centra), die onevenredig vaker voorkomt bij meisjes (tot 80%) dan bij jongens, terwijl die verhouding vroeger omgekeerd lag. Dit doet vermoeden dat een sociale beïnvloeding meespeelt in de trend.
- Genderdysforie treft onevenredig vaker LGB jongeren, kinderen met autisme, andere psychische problemen en trauma’s.
- De quasi-verplichte ‘genderaffirmatieve’ benadering is niet-exploratief en legt de focus op “gender”. Dit kan leiden tot een diagnostische overschaduwing, waarbij onderliggende psychische problemen genegeerd worden.
- Er is een groeiend aantal detransitioners die hun gekregen “trans” diagnose in twijfel trekken.
- Genderdysforie lost in gemiddeld 80% van de gevallen op na de puberteit, als er geen medische behandeling wordt ingesteld.
TWIJFELS OVER VEILIGHEID EN WERKZAAMHEID
- Puberteitsblokkers blijken niet zomaar een “pauze-knop” zijn te zijn, die bedenktijd moet bieden. In 98% van de gevallen zetten ze kinderen op het pad naar hormonen van het andere geslacht. Ze hebben ook negatieve bijwerkingen en de effecten op lange termijn zijn nog onbekend.
- Een overzichtsstudie heeft aangetoond dat deze medische interventies slechts zwak onderbouwd zijn en hun veiligheid niet bewezen hebben.
EMOTIONELE DRUK
De druk is hoog. Opvoeders moeten opboksen tegen een activistische “gemeenschap”, online en elders, die zich opwerpt als “nieuwe familie”, de gevaren bagatelliseert, en bezorgde ouders afschildert als “transfoob” en liefdeloos. Er worden ook tips gedeeld, zoals adressen waar hormonen te krijgen zijn, of de raad om de suĂŻcidekaart te spelen om ouders en therapeuten te doen meegaan met de transitiewens.
Maar uitspraken als “Heb je liever een levende dochter, of een dode zoon?” moeten we zien voor wat ze zijn: manipulatief. Zelfdoding is in werkelijkheid een uiterst zeldzaam feit. Een studie bij personen met genderdysforie legde het sterftecijfer door suĂŻcide op 0,6%, wat aansluit bij andere cijfers voor adolescent lijden. Dit is in tegenspraak met het vaak naar voor geschoven cijfer van 45% bij genderdysforie. Er zijn bovendien geen aanwijzingen dat een medische transitie dit risico zou verminderen (Sami-Matti Ruuska et al, 2024).
Terwijl we ten volle aandacht moeten hebben voor het woord van een jongere met uitgesproken psychisch lijden, moeten we er ook voor waken hen niet op te sluiten in een beperkte interpretatie van hun dysforie.
Een te snelle focus op “gender” kan deze jongeren ongewild beroven van mogelijkheid om hun seksuele geaardheid te aanvaarden of om andere psychische gezondheidsproblemen oorzakelijk aan te pakken.
NAAR EEN BEHOEDZAAM AFWACHTEND BELEID
Een affirmatie van “trans zijn” begint met de sociale transitie. Vaak gebeurt dit op school, soms buiten medeweten van de ouders. Dit legt een zware verantwoordelijkheid op de schouders van de opvoeders. In hoeverre moeten zij hierin meegaan?
Er is er geen enkele studie die het bestaan van een aangeboren transidentiteit kan bevestigen. Wat we alvast weten: Onderzoek in de genderkliniek Tavistock bevestigt dat een sociale transitie bij jongeren globaal geen voordelen opleverde voor de geestelijke gezondheid. Het leidt daarentegen tot een “lock-in” van de genderidentiteit en verhoogt zo het risico op onnodige medicalisering. Het bevestigen van een sociale transitie, met o.a. het veranderen van voornaamwoorden, is daarom een krachtige psychosociale interventie, die niet tot de bevoegdheid van de opvoeders in school behoort.
Een behoedzaam afwachtend schoolbeleid laat de behandeling van psychische problemen over aan professionals met een brede visie op dysforie, en legt geen onmogelijke verantwoordelijkheid bij de opvoeders.
VOOR MEER INFORMATIE
- The Gender Framework is een allesomvattend werk over het dieper begrip van gender en identiteit, die wegwijst van de gemedicaliseerde benadering van genderproblemen naar een richting van sociale, psychologische en culturele oplossingen.
- Stats for Gender heeft een overzicht van gedegen studies, die antwoord bieden op diverse vragen, geklasseerd volgens onderwerp.
- ZEMBLA Het transgenderprotocol – Deze Nederlandse documentaire doet de gender geneeskunde op haar grondvesten schudden.
- Reddit/detrans heeft een inkijk in de ontgoocheling, het verdriet en de wanhoop van detransitioners.